Eindtermen ICT |
|
|
ET1 de leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.
Uitleg:
PC's zijn er niet alleen om spelletjes te spelen. Ze zijn een leermiddel en een hulpmiddel.
Voorbeeld:
- kleuters puzzelen rond de herfst, eerste schooldag, vervoer,...
- een opstel maken in Word
- opzoekingswerk (cd-rom, Google, Wikikids, Wikipedia, Van Dale,...)
- kind met een bepaald rekenprobleem oefent regelmatig op de computer op dat specifieke probleem,...
|
ET2 de leerlingen gebruiken ICT op een veilige, verantwoorden en doelmatige manier.
Uitleg:
Kinderen hebben bij het werken met ICT respect voor het materiaal, voor de anderen en voor zichzelf.
Ze zijn er zich van bewust dat er virussen, reclame, 18+ websites,... bestaan en gaan daar doordacht mee om.
Ze hebben steeds een doel voor ogen wanneer ze ICT gebruiken.
Voorbeeld:
- bij het maken van een opstel in Word hoeft er geen prentje bij te staan (weinig meerwaarde)
- wanneer kinderen bij het surfen een ongepaste website tegenkomen melden ze dit dadelijk aan de leerkracht
- kinderen leren in de klas hoe ze correct aan de computer moeten zitten
|
ET3 de leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT ondersteunde leeromgeving.
Uitleg:
De computer, laptop, tablet, digitaal bord,... als middel bij de verwerking van leerinhouden.
Voorbeeld:
- klik op de juiste vorm (cirkel, ster, vierkant,...)
- tafel van 5 oefenen in Sommenplaneet
- woordpakket oefenen in Woordkasteel
- Eduroms
- Maan, roos, vis
- cd-rom van Rekensprong, Taalsignaal, ...
- website van Mikado online (L1, L2, L3, L4, L5 en L6)
|
ET4 de leerlingen kunnen zelfstandig leren in een door ICT ondersteunde leeromgeving
Uitleg:
De computer neemt de rol van de leerkracht over en biedt informatie in gepaste vorm aan de leerlingen aan.
Voorbeeld:
- filmpje over meten (Beeldbank SchoolTV)
- een webspeurtocht
- een verkeersspel op de computer toont de noodzaak aan van verkeersborden
- een filmpje op internet toont de cyclus van water
(ook perfect te gebruiken bij hoogbegaafde leerlingen = uitdaging!)
|
ET5 de leerlingen kunnen ICTgebruiken om eigen ideeën creatief vorm te geven
Uitleg:
ICT als hulpmiddel bij het creatief ontwerpen en/of gevoelens te uiten
Voorbeeld:
- in TuxPaint een tekening maken voor moederdag
- een versje inspreken voor vaderdag (Audacity)
- affiches ontwerpen in Word, PowerPoint, Publisher,...
- foto's van openluchtklassen verwerken in PowerPoint, Windows Movie Maker,...
- een levend stripverhaal maken als verwerking van een thema pesten (fototoestel + pc)
- zelf muziek maken (Mario Paint Composer, Tony-B Machine,...)
- interviews opnemen (filmen met digitaal fototoestel, micro en laptop, filmen met tablet,...)
|
ET6 de leerlingen kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren
Uitleg:
De leerlingen gaan informatie opzoeken op cd-roms, scans, internet, digitale foto's,... en halen daaruit de informatie die voor hen het meest geschikt is. Deze informatie verwerken en presenteren de leerlingen op hun eigen niveau.
Voorbeeld:
- leerlingen maken een spreekbeurt over hun favoriete dier. Informatie wordt opgezocht op internet. Nadien verwerken de leerlingen deze
- informatie met behulp van PowerPoint of Word.
- idem, maar de info wordt gebundeld op een blog
- de leerlingen leren over hefbomen. Aan de hand van het internet ontdekken ze dat de Egyptenaren hefbomen nodig hadden om hun
- piramides te bouwen.
|
ET7 de leerlingen kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen
Uitleg:
Het gaat hier om het proces van het voorstellen op zich: leerlingen die, alleen of in samenwerking met anderen, in staat zijn om informatie
aan anderen mee te delen of te tonen met ondersteuning van ICT
Voorbeeld:
- kleuters vertellen elkaar over hun vakantie via foto's op de klascomputer (ouders geven een usb-stick met foto's mee naar school)
- kleuters vertellen elkaar over de belevenissen van Jules de klaspop aan de hand van foto's op de klascomputer
- op vele hedendaagse tv's kan rechtstreeks een fototoestel, laptop en/of usb-stick aangesloten worden om allerlei zaken voor te
- stellen aan elkaar
- een projector en laptop gebruiken bij het voorstellen van een spreekbeurt (de oudste leerlingen zetten zelf alles klaar en ruimen op)
|
ET8 de leerlingen kunnen ICT gebruiken om op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren
Uitleg:
De leerlingen gebruiken ICT om te communiceren met elkaar en anderen, maar houden hierbij de veiligheid en het doel goed in het oog.
Voorbeeld:
- e-mailen met een andere klas (binnen de school, scholengemeenschap, binnenland, buitenland,...)
- leerlingen van klas A maken een halve tekening in Paint en mailen ze door naar klas B. Klas B maakt de tekening af en mailt ze terug.
- de leerlingen van klas A hebben geleerd over breuken en stellen 20 oefeningen op voor de leerlingen van klas B.
- Deze oefeningen worden gemaild en door klas B opgelost. Nadien worden
de oplossingen terug gemaild en nagekeken door klas A.
- de klas/school heeft een eigen blog waarop de leerlingen verslagjes, foto's,... plaatsen
- een eigen Facebookpagina van de klas
- Elke week is één leerling verantwoordelijk voor de Facebookpagina van de klas. Hij/zij plaatst soms een statusupdate en/of foto op het
- profiel van de klas. Hierbij leren de leerlingen omgaan met sociale media en de gevolgen van het online plaatsen van eigen
- levensgebeurtenissen. Zeer belangrijk is dat enkel de klasleerkracht het wachtwoord kent om het Facebookprofiel aan te passen. Zowel de
- klasleerkracht als de ICT-coördinator volgen het Facebookprofiel op en bespreken geregeld de inhoud van het profiel met de leerlingen.
- Leerlingen en ouders worden niet verplicht om een Facebookprofiel aan te maken, daar de inhouden op het profiel publiekelijk te bekijken
- zijn. Aanmelden op Facebook is dus niet nodig.
|